Jan Hendrik Brik, Leeuwarden 26.4.1863 - Pingjum 18.4.1928     index

ouders
Benjamin Brik, 1839-1911
Hinke Faber, 1830-1883

gehuwd met
Aukje Kamstra, 1861-1900
30.10.1909 Trijntje Kamstra, 26.11.1866-16.1.1955
wiens eerdere verloofde (Hotze?) in de deuropening
door een fatale bliksemflits werd getroffen.

kinderen
Benjamin Otto, 26.5.1885-20.4.1886
Benjamin Otto, 1.3.1887-4.5.1898
* Otto Brik, 1890-1953
Ina Brik, 11.10.1891-7.2.1915
Hendrik Brik, ... 7.7.1893 - ... 21.11.1956
    woon/werk: ...
    geh. 20.9.1926 Sytske Jeltje Huitema, 20.5.1896 - 4.2.1979
    Jan Hendrik Brik, ... 25.10.1934 - Zwijndrecht 1.5.1974
       geh. IJbeltje (Iep) Renske Dam, Twijzel 23.1.1936 - H.I.Ambacht 29.12.2021
       Sietse Jelle Brik, Zwijndrecht ... - Zwijndrecht 1987
       Hendrik Jelke Brik, Zwijndrecht
         geh. Jeannette Gringhuis
         Andrea, Renske, Jan-Otto
       Ite Brik, Zwijndrecht
         geh. Anneke Nieboer
         Jantine, Sietske, Baukje
       Gosse Anne Brik, Zwijndrecht
         geh. Talina Bakker
         Anne Loes, Natalie, Maaike
       Bert Jan Brik, Dordrecht
         geh. Annelies Jonkman
         Sabine, Robert, Hester
    Wieke Brik
       geh. ... Eimers
       Jaap Eimers, Emmeloord
       Sietske van Bremen-Eimers, Soest
       Marijke Eimers, Wezep
       Tjitske Eimers, Zwolle

woonplaats en werkzaamheden
kleermaker (Marchand Tailleur) te Arum
zijn hobby's waren knutselen: molens met verlichting,
een tuinsproeier met zelf gemaakte bootjes, aangedreven vanuit
een waterbak op zolder die steeds aangevuld moest worden;
ook was hij organist in de gereformeerde kerk te Arum

documenten
geboorteakte Jan Hendrik Brik


Jan Hendrik Brik en Aukje Kamstra


trouwakte Jan Hendrik Brik en Aukje Kamstra


trouwboekje Jan Hendrik Brik en Trijntje Kamstra


tweede vrouw: Trijntje Kamstra (zus van Aukje)


Jan Hendrik Brik en zijn tweede echtgenote Trijntje Kamstra laten hun testamenten opmaken
voorafgaande aan hun trouwen. Daarbij voegen ze ook een huwelijkscontract, waarin zij
bepalen dat “gedurende hun huwelijk tusschen hen zal bestaan eene gemeenschap van winst
en verlies volgens de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek”, dit ook om de erfenis
voor de kinderen van Jan Hendrik Brik en Aukje Kamstra veilig te stellen.
Bij de bepaling van het bezit van Trijntje valt op dat zij 2000 gulden heeft uitgeleend
aan Douwe Klazes Kooistra, veehouder te Gaast voor een rente van 4%.
Ook wordt apart vermeld dat ze een gouden oorijzer heeft.



Pagina uit de poezie-album van kleindochter Jikke Brik van
van de hand van Trijntje Kamstra


kinderen Jan Hendrik Brik en Aukje Kamstra


Jan Hendrik Brik en Trijntje Kamstra


voor het huis in Arum


Jan Hendrik Brik bij z'n kippen
Blijkbaar heeft hij de hobby van z'n vader (hoender-fokkerij) voortgezet...
Achterkleindochter Renske wist uit de familie-overlevering dat de liefde voor de kippen zo ver ging
dat ze zelfs in huis "binnen op een zoldertje (dat nog steeds er is) in de bijkeuken (hok) zaten."


het huis in 2011, nog steeds bewoond door nazaten


oud dorps-gezicht Arum


Jan Hendrik Brik - kleermaker met eigen knopen


Jan Hendrik Brik - ofwel 'Marchand Tailleur'


Na het overlijden van Jan Hendrik Brik wordt de inventaris opgemaakt door de notaris.
Deze acte opent met het citeren van het huwelijkscontract en de bepalingen van het
testament van JHB. Ook wordt de hele inventaris van het huis opgesomd en gewaardeerd
tot en met het zilveren 10 grams suikerschepje (75 cent).
Het huisorgel (32,50 gulden) is meer waard dan het materiaal dat Jan Hendrik
gebruikte voor de uitoefening van zijn beroep (kleermakersnaaimachine 15 gulden,
twee kleermakerstafels 10 gulden en kleermakersgereedschap 5 gulden, totaal 30 gulden).

Na het overlijden van Trijntje Kamstra zijn er naast het huis in Arum (gewaardeerd op 4.950
en overgenomen door Douwe Tighelaar en Tine Brik voor 5.500) nog de nodige spaarbedragen,
contanten, het gouden oorijzer en “11 gouden tientjes, 36 zilveren rijksdaalders en
185 zilveren guldens“. Grappig is dat in de verklaring van erfrecht de aangetrouwde
echtgenoten in de opsomming van gerechtigden voorafgaan aan de kleindochters van
Jan Hendrik Brik waarmee ze getrouwd zijn.

20.9.1926 trouwfoto Hendrik Brik (1893-1956) en Sytske Huitema (1896-1979)



In de Skille (het dorpsblad van Arum) stond in 2008 het volgende,
geschreven door Koos Schulte, archiefmedewerker Wûnseradiel.

UIT DE NALATENSCHAP VAN EEN TUBERCULOSESLACHTOFFER
In de gemeentearchieven staan meerdere meldingen van tuberculose en de noodzaak
om alle materialen waarmee de patiënt in aanraking was geweest, te vernietigen.
Voor de tweede wereldoorlog was de ziekte doorgaans een fataal verlopende,
nauwelijks te behandelen ziekte die kon toeslaan bij sterk verminderde weerstand.
In 1900 kende Nederland 5 miljoen inwoners, waarvan er dat jaar ongeveer 10.000
mensen overleden aan tuberculose (in de volksmond ook wel 'tering' genoemd).
Eén van hen was Aukje Brik-Kamstra (1861-1900).
Het schrijven van de behandelend geneesheer Van der Maën is bewaard gebleven:

Aan den Weled. Achtbaren
Heer Burgemeester!
Ten huize van Jan Hendrik Brik, meester kleermaker te Arum, heeft een besmettelijke
ziekte geheerscht met name tuberculosis pulmonum. Om de voorgang der besmetting te
stuiten is het noodzakelijk dat onderstaande goederen worden onteigend en vernietigd.
Deze zijn:
1 veeren bed en peluw; 3 veeren kussens; 1 wieren kussen; 1 wieren peluw;
2 stroomatrassen; 1 wollen deken; 1 molton deken; 2 katoenen dekens; 1 wollen dekentje;
2 paar wollen kousen; 1 paar sokken; 2 broeken; 3 rokken; 1 katoenen hemd;
1 wollen hemd; 3 jakken; 2 japons; 1 borstrok; 1 wollen onderlijfje; 3 linnen lakens;
4 sloopen; 9 zakdoeken; 1 omslagdoek.
De lijderes was de echtgenoote van Jan Hendrik Brik en was 39 jaar oud.

In 1915 overleed dochter Ina op 23-jarige leeftijd ook aan tbc.

In 2008 zijn er nog steeds ongeveer 1100 tbc-patiënten per jaar in Nederland,
waarvan iets minder dan tweederde van buitenlandse afkomst is.


Hieronder de foto van het familiegraf op de begraafplaats in Arum